We gaan weer naar Noord-Frankrijk.
Vandaag gaan we wandelen in de Gruerie. Flinke tocht ook.
Aanlopen vanaf La Harazee richting Bagatelle, (voormalige) Jupshöhe, Storchennest, Madame bach, en dan via de woestenij naar St. Hubert en weer terug.
We lopen aan via het bekende pad, langs het monument voor Colonel Henri Savagnat die hier op 30 juni 1916 is omgekomen.
Dan met een omweggetje een paar bunkers zoeken. Eentje was spoorloos verdwenen (..), de andere was er nog wel. Een tamelijk grote bunker, met glaswerk er omheen. De Karlsplatz bunker.
Door naar het monument voor het Franse 150e Infanterie Regiment op Bagatelle. Mooi, goed begaanbaar bos.
Een stuk verder komen we aan bij wat voor mij één van de hoogtepunten van deze dagen zal worden.
Een voormalige begraafplaats van een compagnie van het Königs-Infanterie-Regiment nr 145. Waarschijnlijk het 'Alter Friedhof', zoals het in Feldgrau genoemd wordt.
Nadat de blog was gepubliceerd kreeg ik een tip van Tommy. Het is de oude begraafplaats van het 2e Komp KIR145.
Deze begraafplaats zou in 1916 zijn gemaakt, een uur lopen achter de toenmalige frontlinie, waarbij onder anderen de overledenen uit 1915 werden herbegraven uit hun provisorische begraafplaatsjes.
Er resteert niet veel meer. Alleen de sokkel waar een denkmal heeft gestaan met wat bemoste stenen er omheen.
Er liggen ook wat granaten in de buurt.
Vijf meter verderop ligt een soort half bemoste 'vaas'. Als je goed op de oude foto kijkt zie je op een paal aan de voorkant van de begraafplaats deze 'vaas' staan.
Op een van de stenen zagen we een soort tekening onder het mos. Het mos was makkelijk te verwijderen. Het is een tekening van eikenbladeren en eikels.
Zie de oude foto van Tommy waar deze steen (stenen) gezeten hebben op het denkmal.
Prachtig.
Vervolgens vinden we een aantal artilleriestellingen en iets wat wellicht ooit een manschappenbunker is geweest voor de bemanning van de artilleriestukken of iets dergelijks
Dan het monument van het 7e Komp van het KIR145. Dat was wederom niet zo eenvoudig te vinden. En deze keer hadden we gewoon de gps coördinaten.
Zo vonden we hem in 2015.
Daarna is het hele bos er omheen nog eens gekapt geweest en stond hij vrij in het zicht. Nu niet meer.
Hier ergens ligt het.
Nog even en de hele gekapte Gruerie ziet er ook zo uit en is er de komende 20 jaar helemaal niets meer te vinden.
Maar wij vonden hem gelukkig wél. Schoon gemaakt zo lijkt het. Met de granaten er nog steeds omheen.
Daarna de Frenkelstollen. Een complex van stollen, bunkers etc. Met een opschrift van de bouwers.
Even verderop ligt het Offiziersheim.
We gaan verder en komen op een gegeven moment aan de rand van het bos. Daarachter is alles gekapt vanwege de schorskever. Een woestenij. Een heel vreemd gevoel om daar zo te lopen, in het bos zonder bomen.
Vergis je niet. Deze paden zijn er over een paar jaar nog wel. Maar die vlakte is dan een oerwoud van van alles en nog wat. Inclusief distels, bramen (stikstof).
En daarom is ook deze woestenij weer een one-time experience.
We lopen naar de oude begraafplaats van het RER2. In 2016 zag het er zo uit.
Nu zo
En wat te denken van de diepe stollen naast de oude begraafplaats van het PI16? In 2016 zag je vanaf de grond een gat waarin je je met een touw kon laten afzakken, om diep onder de grond in een gang met twee kamers uit te komen. Ik heb er een filmpje van gezien, ikzelf ben er niet in geweest.
Nu ziet het er zo uit. Onderin zie je nog de twee doorgangen naar de kamers. Helemaal afgegraven.
De betonnen loopgraaf zag er in 2016 nog zo uit
Dit is er nu nog van over. Een stukje beton, maar de andere kant is volledig weg. Het is geen loopgraaf meer maar een stukje muur, met een hoop zooi. Helemaal kapot.
De oude begraafplaats van PI16 was voor veel loopgravers de kers op de taart. De bijzondere sfeer met de hoge dennenbomen op en rondom de begraafplaats maakte deze plaats speciaal. En natuurlijk de verlaten graven die nog duidelijk aanwezig waren. Super fotogeniek. In 2016
Nu
De sfeer is weg, net als de verlaten graven. Ja, de omheining staat nog overeind. Maar PI16 is niet meer hetzelfde. Mooi om nog een keer met eigen ogen te zien. Dit was de derde maar tevens laatste keer.
We gaan terug naar de auto. Het was een hele mooie, leerzame tocht door het bos. Gevonden wat we zochten. Dus tijd voor een ...
In het zonnetje!
Het avondeten was weer lekker en de fles wijn ook. Het was rustiger dan vorige keer maar dat geeft niet. We hadden het wel gehad.
Op dag twee gaan we wandelen met Marij.Voordat we op de afgesproken plek komen, rijden we door een sprookjesachtig landschap vol rijp en damp over de velden en Maas. Genieten.
Een cadeautje onder een strakblauwe lucht.
Op de afgesproken plek staat Marij te wachten. On y va.
Als eerste vinden we een golfplaat bunkertje
Via een jagerspad lopen we stug door
Na een tijd komen we aan bij een stukje bos wat niet heel bekend is.
Er liggen veel bodemvondsten en de mensen die er komen laten het ook liggen. Her en der zie je verzamelplekjes met bodemvondsten. Er wordt af en toe wat in de bomen gehangen.
Heel bijzonder om te zien, lijkt wel of je twintig jaar terug gaat in de tijd.
Er zijn hier een paar kampen geweest.
Een Franse veldfles
Een ijzeren staaf die door een boom is meegenomen
En verder heel veel granaten, schepjes, golfplaten, flessen, ondefinieerbaar spul etc etc.
Hieronder een selectie. Op een gegeven moment maak je ook geen foto's meer van de bodemvondsten. Je wordt een beetje blasé.
De hele helling is ook vol sporen van kampementen.
Wat een stukje topbos. We blijven hier een paar uurtjes rondhangen.
Pfft.
En niet altijd even ongevaarlijk ook. Verscholen tussen de bladeren ligt een Tromblon Vivien-Bessières.
Erg onstabiel volgens Marij.
We besluiten hier gelijk maar te lunchen
Om daarna weer een eind te lopen. De Kegelbahn
We vinden een paar bunkers, waaronder een beobachter
Dan een andere heel bijzondere vondst. De stèle van Charles Fauré-Brac die hier in oktober 1918 op 19-jarige leeftijd is omgekomen.
Hij staat ook in La Face Cachée
Hij staat er nog steeds en de locatie wordt zorgvuldig geheim gehouden. De stèle is niet erg groot, voor hetzelfde geld neemt een idioot hem onder zijn arm.
Een rood uitgeslagen Jezus figuur met een afgebroken hand (dat was al zo in LFC).
Dan een volgende bunker. Ook deze staat in LFC. Ook de auteurs weten niet waarvoor de stalen stellage diende.
Verder door nat gebied.
Twee aparte bunkers, een met een driehoekige vorm waarop wellicht een plaat of iets dergelijks heeft gezeten.
Nog een aparte bunker, gemetseld van binnen. Ook deze staat in LFC. Volgens de auteurs (toen) bewoond door dassen.
Dat was hem weer. We eindigen de tocht bij het monument voor Erwin Müller bij Beaumont.
We nemen afscheid van Marij en vertrekken weer naar huis. Dit was wederom een weekend vol hoogtepunten!
Op naar de volgende keer.